Ontwikkel een land vol ruimte

De vandaag aantredende Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO) staat voor niet geringe uitdagingen. Volgens Rudy Uytenhaak moeten we afscheid nemen van het huidige model met wingewesten en is de opgave een land waarin alle ruimtebronnen bloeien. Als de nieuwe Minister een land vol ruimte ontwikkelt, komt het met het wonen vanzelf goed.

Auteur Rudy Uytenhaak

Na veel discussie en speculatie volgde deze week de bevestiging. De nieuwe minister van ruimte waar veel deskundigen om vroegen komt er. Deze staat voor niet geringe uitdagingen. Zo zal hij zijn (deel) ministerie in gang moeten zetten op een uitermate complex vakgebied. Daarnaast ligt het oplossen van de woningcrisis op zijn bord. Met het oog op de toekomst zal hij tot slot iets moeten doen aan de enorme achterstand qua kennis en organisatie die de laatste jaren, centraal en lokaal, op dit gebied is ontstaan. 

Toekomstige ordening

De vraag hoe de oplopende ruimtenood inhoudelijk en bestuurlijk valt op te lossen, zonder voorbij te gaan aan een mogelijke toekomstige ordening, was wellicht meer gebaat geweest met een vakinhoudelijk minister. De kunst is immers om de noodzakelijke en op data gebaseerde toekomst-scenario’s te koppelen aan een dagelijks effectief beleid. Een minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke ordening (VRO), als onderdeel van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK), dient immers verder te kijken dan alleen woningaantallen. 

Met de invoering van VRO wordt aangesloten op een traditie die ooit begon met het ruimtelijk ordenen van het wonen, werken, verkeer en recreatie voor 5 en later 11 miljoen Nederlanders. Op dit moment moet ruimte worden gevonden voor een veel dynamischer geheel van stromingen en kringlopen die betrekking hebben op voeding, energie, water, distributie van mensen, goederen, grondstoffen, data. ‘Leitbild’ daarbij moet wat mij betreft een landschap zijn waarin alle functies als een geheel in elkaar grijpen.

De toevoeging van ruimtelijke ordening aan het urgente onderwerp van wonen of volkshuisvesting, is een wezenlijke. Evenmin als een minister voor klimaat een ‘minister van regen’ (of zon) moet heten, heeft een minister van alleen volkshuisvesting of wonen bestaansrecht. Het gezegde luidt: “In gelul kun je niet wonen”. Maar pas op de plek waar het staat heeft het huis een waarde. Daarom is de grote opgave volgens mij een land vol ruimte te ontwikkelen!

Uitverkoop van ruimte

Op dit moment bestaat een groot tekort aan duurzaam verbouwde grond, duurzame energie en woningen. En wat doen we? We bouwen volop data- en distributiecentra, we leggen zonneweides aan en we voeren grote infrastructuur projecten uit. De productie hiervan is zo opgevoerd, dat voor de zonnepanelen op de daken van loodsen en schuren nu al te weinig netruimte bestaat. Intussen wordt de steeds essentiëlere ruimte voor bossen, water en duurzame landbouw almaar schaarser. 

Afgelopen periode kregen bedrijven als Microsoft, Meta/Facebook, Google en Amazon, bestuurlijk gezien alle ruimte. Moet in dit ‘gave’, ideologisch gezien liberale land zomaar alles kunnen, is een wezenlijke vraag. Zonder een gedetailleerde centrale monitor van de ontwikkelingen van ‘gaaf Nederland’ dreigt een visieloze uitverkoop van de kwetsbare ruimte. Instanties als het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) en het College van Rijksadviseurs (CRA) waarschuwen hier al geruime tijd voor! 

In dit verband zou de Tweede kamer aan het CBS moeten vragen om nog voor de troonrede van 2022 te onderzoeken hoeveel grond dit jaar bestemd is voor distributie- en datacentra, zonneweiden, bedrijfsterreinen en infrastructuur. Deze cijfers zouden niet moeten worden afgezet tegen die van heel Nederland, maar opgevoerd als percentage van het budget aan nog vrij te bestemmen ruimte.

Van wingewest tot compleet ecosysteem

De systemen van water, energie en voedsel moeten in combinatie met bebouwing gaan functioneren als een compleet (volledig) ecosysteem. We moeten af van het huidige model dat neerkomt op kolonialisme, met wingewesten waarin mijnen ingezet worden om waarde te onttrekken aan gebieden en het leven er berooid achter te laten. Voor het leven is het essentieel dat alle ruimtebronnen bloeien, elkaar bevruchten en op een ander plan brengen. 

Tegenover het beeld van een mijn, zo’n gat in de grond, wil ik dat van een boom plaatsen. Een boom is een complex systeem waarin water en lucht/CO2 dankzij de zon met elkaar worden verstrengeld. Wat resulteert is zuurstof en het leven dat zich daarop boven en ondergronds baseert.

Het nieuwe ministerie dient dus vooral ecologisch te denken. In dat geval zal ze wonen er als vanzelf integraal bij doen. Immers, wanneer ruimte wordt ‘gemined’ en bronnen niet leeg getrokken worden, bloeit als vanzelf eco  (=‘t huis) op. Dat levert een win win situatie op met netwerken en ecosystemen waarin wonen, bouwen, voeden, verwarmen, communiceren , weten en kunst zich gelijktijdig verrijken en ontwikkelen.