In het nieuw – Museum KMSKA in Antwerpen door KAAN Architecten

In het vernieuwde Koninklijk Museum voor Schone Kunsten (KMSKA) in Antwerpen creëerde KAAN Architecten een tweede museum met spierwitte expositieruimtes waarin daglicht van boven op hoogglansvloeren reflecteert. Critici roemen de intelligente ingreep waarmee de tien hedendaagse zalen zijn geplaatst op de vroeger plek van de binnenhoven. Over de museografische kwaliteiten lopen de meningen sterk uiteen. 

Project:
Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Antwerpen (KMSKA)

Ontwerper:
Kaan Architecten

Locatie:
Antwerpen

Type:
Cultuur en recreatie

Tentoonstellingszaal Beeld Stijn Bollaert

Auteur Marc Dubois -Terwijl Kirsten Hannema in de Volkskrant repte van een interieur dat zich bij uitstek leent voor het tonen van moderne kunst, sprak Luc Tuymans op de Belgische televisie zijn zorgen uit over de volledige witte ruimte. Marc Dubois sluit zich hier bij aan. Dubois, groot bewonderaar van het werk van KAAN, prijst de reconstructie van de oude zalen, maar vindt het nieuwe gedeelte uitermate problematisch.  

Ambitie als havenstad

Toen Antwerpen eind 19e eeuw een nieuw museum bouwde was het niet enkel om de grote doeken van Rubens een waardig onderkomen te bezorgen. Het gebouw moest ook de ambitie tonen van een dynamische en snel groeiende havenstad, Antwerpen als metropool. Het grote bouwvolume kreeg een centrale plaats in de stad en werd het hart van de stadsontwikkeling Antwerpen-Zuid.

Het KMSKA is tussen 1884 en 1890 gebouwd naar een ontwerp van Jean-Jacques Winders en Frans van Dijk. Het monumentale bouwwerk moest dringend worden aangepast aan de nieuwe uitdagingen van de 21e eeuw. Gedurende elf jaar was deze schatkamer van de kunst in Vlaanderen gesloten vanwege een hoognodige renovatie. Een grondige restauratie van de oude en hoge zalen was hard nodig. Daarnaast is gekozen voor een  uitbreiding met maar liefst 21.000 m², een vergroting van 40% van de oppervlakte. Dit “verticale” museum vormt een autonome entiteit binnen de vier oorspronkelijke patio’s en is vanaf de straat niet zichtbaar.

Indrukwekkende restauratie

Eindelijk kun je de topwerken van Rubens, Jordaens en Van Dijk in alle pracht opnieuw aanschouwen. De collectie 19e eeuwse kunstwerken kreeg een nieuwe, verrassende presentatie. Het KMSKA heeft een indrukwekkende verzameling werk van James Ensor en Rik Wouters, nu te zien in de nieuwbouw die binnenin het historische bouwvolume is geschoven. Een grotere verschil in sfeer valt nauwelijks te bedenken, een kleurvol interieur, terwijl de 20e eeuwse collectie in een compleet witte ruimte is ondergebracht, een ontwerp van KAAN Architecten uit Rotterdam onder leiding van Dikkie Scipio. Bij dit museumgedeelte kun je je veel vragen stellen. 

Rubenszaal Beeld Karin Borghouts

De restauratie van de oude zalen is indrukwekkend. De Rubens-, Jordaens- en Van Dijckzalen kregen de oorspronkelijke glans terug. Overschilderde sierlijsten werden hersteld en de iconische roodfluwelen zitbanken werden gerestaureerd. Maar er is meer aan de hand door het introduceren van hedendaagse kunst waarmee verleden en heden met elkaar worden verbonden. Het werk van Berlinde De Bruyckere staat nu naast het enigste werk in België van Antonello da Messina waarop getormenteerde lichamen aan het kruis hangen. Er is gekozen voor een grote beleving door per zaal een thema uit te werken gecombineerd met muziek en projecties maar ook met verhelderende toelichting. Voor de kinderen introduceerde Christophe Coppens een aantal sculpturen met een verwijzing naar fragmenten uit een werk in de zaal. In de Rubenszaal zijn dat fluwelen kamelen. Andere verwijzingen zijn minder evident en eerder gratuit.  

Museum of cleanrooms

Na dit museumgedeelte met een schakering van kleuren betreed de bezoeker een compleet hagelwitte, oogverblindende nieuwbouw. Het roept het beeld op van cleanrooms in bedrijven waar geneesmiddelen of chips worden geproduceerd. Is de keuze voor een harde confrontatie tussen oud en nieuw een achterhaald concept? Om daglicht in de twee grote bovenste zalen te brengen zijn 198 witte daklichtkoepels aangebracht. Dit resulteert in een mooi rustgevend plafond. In deze ruimte zijn ook vides gemaakt, eerder gaten in de vloeren, om het daglicht tot beneden te brengen. De gesloten borstwering rond deze openingen in de vloer staan als obstakels in de ruimte. Je kunt niet naar beneden kijken.

Licht Beeld Karin Borghouts

Vanwaar deze angst voor kleur en deze obsessie met witte ruimtes? Hoogglansgietvloeren weerkaatsen de kunstwerken en de bezoekers, dit alles om volgens de architect een zen-effect te bewerkstelligen. Wat levert dit effect op aan het intensifiëren van de kunstbeleving? Het is een perverse vorm van mimesis die in de loop der jaren een vuile vloer zal opleveren, zoals het Antwerpse MUHKA intussen ook weet. Waarom geen houten vloer zoals in de Foundation Beyeler in Bazel, de Tate Modern in Londen en de nieuwe musea zoals MBA in Lausanne en de uitbreiding van het Kunsthaus in Zürich? De architecten en conservatoren van deze hoog gewaardeerde instellingen weten wel waarom. In het KMSKA vind je geen architectonische waarachtigheid, het is een interieur met voorzetwanden, een gyproc architectuur. 

De stralend witte tentoonstellingszalen en de hoge trapruimte geven mij een sterk ‘unheimlich’ gevoel. Terwijl je in het oude gedeelte van zaal naar zaal kunt wandelen zonder je oriëntatie te verliezen, is dit in het nieuw gedeelte niet het geval. Suppoosten zullen zeker worden aangesproken om de weg naar de uitgang te tonen. Een ruimteconcept mag je boeiend maken maar niet te complex.

Hoe presenteer je kunst?

De grote James Ensorzaal is dramatisch. Het werk De intriges (1890) is één van de drie sleutelwerken die het KMSKA naar voren schuift. Het is geplaatst in een veel te hoge ruimte terwijl het werk een uitgesproken horizontale compositie bezit. De Italiaanse architect Carlo Scarpa maakt in zijn oeuvre duidelijk dat interessante scenografie vertrekt vanuit het kunstwerk en niet vanuit de ruimte. De ruimte van de Ensor zaal is zo dominant dat het werk wordt verdrongen en gaat zweven. Waarom boven een intiem werk van Ensor De oestereetser (1882) een vide ligt tot aan het dak van de bovenste zaal is mij een raadsel.

James Ensorzaal Beeld Karin Borghouts

Net voor de opening verklaarde kunstenaar Luc Tuymans op de VRT dat hij tevreden was na al die jaren de werken weer te kunnen ervaren maar dat hij veel vragen stelde bij het concept van de volledige witte ruimte. Zijn werk hangt nu tegenover Fouquets Madonna, een topstuk uit de collectie KMSKA op een rode achtergrond. Was zijn werk in de nieuwbouw gepresenteerd dan verzoop het in de witte ruimte. Is er verklaring voor dit eindresultaat? Vermoedelijk is door een groot verloop binnen de directie en de curatoren een gebrek aan continuïteit geweest waardoor de ontwerpster een te zwak klankbord kreeg om zaken fundamenteel in vraag te stellen bij het nieuwbouw gedeelte. In 2021 kreeg KAAN Architecten de European Award for Architectural Heritage Intervention en dit voor de opening en de plaatsing van de werken. Toch erg bedenkelijk!

Gedurende de sluiting gingen veel kunstwerken op reis. Het uitlenen is niet enkel een toekomststrategie om werken later in bruikleen te bekomen maar geeft het KMSKA ook een uitstraling in Vlaanderen en in het buitenland. Ook moet je niet vergeten dat het KMSKA een wetenschappelijke instelling is met een groot restauratie-atelier en dat tijdens de sluiting intensief verder is gewerkt. 

Bij de opening verschenen twee boeken. Het boek De schoonste honderd en één betreffende de geschiedenis van het gebouw en de restauratie. Hiervoor volgde fotografe Karin Borghouts al die jaren de werkzaamheden en dat leverde mooie momentopnames op die ook te zien waren bij de opening. Beide boeken zijn uitgeven door Hannibal. De fotograaf Ives Maes toont een reeks rond steden waar ooit een grote universele of wereldexpositie plaatsvond. Het KMSKA brengt tevens een eerbetoon aan de Antwerpenaar Michel Seuphor, kunstenaar en promotor van de moderne kunst.

Eindelijk krijg je de collectie weer te zien. Dat is op zich reeds een vreugdevol moment. Spijtig dat het concept van de nieuwbouw weinig museografische kwaliteiten bezit. 

Koninklijk Museum voor Schone Kunsten Leopold de Waelplaats 2, Antwerp (B)

Opdrachtgever Departement Cultuur, Jeugd en Media – Fonds Culturele Infrastructuur (Vlaamse Overheid) Architect KAAN Architecten Interieurarchitect KAAN Architecten Restauratiearchitect Architectenbureau Fritz Adviseur constructie Royal Haskoning DHV Adviseur installaties Royal Haskoning DHV Adviseur akoestiek Royal Haskoning DHV Adviseur bouwfysica Royal Haskoning DHV Adviseur brandveiligheid Royal Haskoning DHV Bouwmanagement Bureau Bouwtechniek Aannemer THV Artes Roegiers – Artes Woudenberg Programma Expositiezalen, kantoren, restauratie ateliers, auditorium, museumdepot, museumateliers, café, bibliotheek, museumwinkel, restaurant Oppervake 30 000 m2 Inhoud 170.000 m3 Ontwerp 2003 Oplevering 2022 Budget € 66.000.000

Luciferdoos Beeld KAAN Architecten