Het boek Experience and Meaning of Architecture door Misak Terzibasiyan laat zich lezen als het verslag van een zoektocht door de architectuur. Ze komt voort uit de behoefte om bepaalde historische ervaringen opnieuw kritisch en met frisse blik te bekijken. In dit boek onderzoekt Terzibasiyan op welke manier in de geschiedenis de wortels van zijn eigen werk terug te vinden zijn.
Overvloed aan beelden
We leven in een tijd waarin we dagelijkse worden overstroomd door een overvloed aan steeds weer terugkerende beelden en issues. In dit boek wijst Misak Terzibasiyan op de problematische kanten van deze ontwikkeling. Ze leidt tot informatieoverlast waardoor niet langer duidelijk is wat de kwaliteit en de betekenis is van wat je ziet en leest. De beeldenvloed draait eerder om verleiding dan om de substantieve betekenis van een boodschap.
Licht, kleur, geluid en gevoel
Terzibasiyan is niet de eerste die op deze ontwikkelingen wijst. Interessant is vooral de architectonische agenda die hij uit deze observaties put. Architectuur is de ervaring ervan, zei de Nederlandse architect Aldo van Eyck ooit. In het verlengde hiervan opereert UArchitects, het bureau van Terzibasiyan. In zijn optiek kan deze ervaring alleen verlopen via het fysiek van de architectuur. Licht, kleur, geluid en gevoel spelen hierin een grote rol.
Nieuwe vormen van wonen
Het vormt het uitgangspunt voor een boeiend onderzoek naar nieuwe vormen van wonen, die de betekenis van architectuur verder kunnen verdiepen. Terzibasiyan werpt hierbij een inspirerende blik op de woonarchitectuur van Gerrit Rietveld en Le Corbusier, twee architecten die veertig jaar geleden in het middelpunt van de belangstelling stonden, maar de laatste decennia uit het debat zijn verdwenen.
Gerrit Rietveld
Rietveld is volgens Terzibasiyan interssant omdat hij naar een uitdrukking zocht van zijn ideeën over ‘wonen’ in het ontwerp. “In plaats van een passieve levenshouding te kiezen, koos hij voor een actieve vorm van wonen. Rietveld was van mening dat de toenmalige architecten de plattegronden klakkeloos kopieerden zonder na te denken over een nieuwe vorm van wonen.” Juist ook nu kunnen architecten met verassende ontwerpen op zoek gaan naar nieuwe woonvormen.
Le Corbusier
In het verlengde hiervan komt Terzibasiyan uit bij Le Corbusier. De huidige experimenten met het 3D printen van woningen zijn interessant, althans volgens Terzibasiyan, maar ze gaan voorbij aan de kwaliteit en de betekenis van de architectuur. Le Corbusier had daarentegen wél een duidelijke visie op architectuur en industrialisatie. “Het visionair uitdagen van nieuwe architectuur en de ontwikkeling van nieuwe woonvormen is door hem op een uitzonderlijke wijze vormgegeven, en hij heeft hiervoor ook een vernieuwende architectonische vocabulaire opgesteld.”
Polemische inzet
Op dit punt aanbeland krijgt Terzibasiyans zoektocht door de architectuur onverwacht een polemische inzet. Hij verzet zich zowel tegen de belofte van de technologie in het algemeen en de smart city in het bijzonder, als tegen de copy-and-paste werkwijze die in Nederland is ontstaan. Tegenover deze benaderingen plaatst Terzibasiyan een langzame en omvattende ervaring van onze wereld. Architectuur biedt een visie van wat staat te komen en is een distincte vertaling die verder gaat dan een antwoord op vragen en wensen vanuit de samenleving.
Architectuur vanuit gebruikers
Terzibasiyan stuit hiermee op een interessant probleem. Beschouw je de architectuur vanuit de toeschouwers of gebruikers, zoals tegenwoordig in de mode is, of vanuit de ervaringen van de ontwerpers? Laat architectuur zich alles gelegen liggen aan de gebruikers en voegt ze iets toe wat die gebruikers ten goede zal komen?
Lezers- en schrijversteksten
Relevant in dit verband is het onderscheid dat Roland Barthes in zijn boek S/Z maakt tussen lezers- en schrijversteksten. Lezersteksten zijn verhalen die zich afspelen tussen realistische persoenen in een realistische omgeving. Deze teksten zijn gemakkelijk te verteren maar gaan volgens Barthes voorbij aan de rol die de lezer zelf speelt in de constructie van de werkelijkheid. Schrijversteksten onderkennen die rol wel. De parallel met architectuur is duidelijk.
Mac voor jezelf
Dat geldt ook voor uitspraken van voormalig Apple-topman Steve Jobs, de man wiens bedrijf de iIPhone, iIPod en iPad uitvond en daarmee nieuwe markten ontsloot. Deze zei ooit dat hij de Mac niet voor iedereen bouwde, maar louter voor zichzelf. Mensen weten helemaal niet wat ze willen, totdat je het hen laat zien. Zoals Jobs zei: “Ik heb van mijn klanten nooit het verzoek gekregen om video’s en films te editen op een computer. Maar nu die mogelijkheid er is, vindt iedereen het prachtig.”
Een belofte van geluk
Architectuur is verre van onpersoonlijk en algemeen geldig. Architectuur is de ervaring ervan, maar op een persoonlijke en verrassende manier. Architectuur is bepaald niet belangeloos, maar doet om met de Franse schrijver Stendahl te spreken een belofte van geluk (‘une promesse de bonheur’). Architectuur kan ons met de haren uit het moeras van de middelmatigheid trekken. Deze hang naar perfectie tilt ons boven onszelf uit. Ze kan ons raken, voorzover in de architectuur het hele leven zich spiegelt.